Vorig jaar wisselden 1 op de 5 werknemers van baan: anderhalf miljoen Nederlanders kozen voor een nieuwe werkomgeving. Dat lijkt veel, maar vergeleken met andere delen van de wereld zoals Amerika, valt het bij ons nog reuze mee (of tegen) met de arbeidsmobiliteit. De combinatie van gunstige economische vooruitzichten en een krappe arbeidsmarkt die volgde op de coronapandemie, gaf personeel daar het extra vertrouwen om massaal hun betrekking op te zeggen. Omdat ze blind ervan konden uitgaan dat ze toch wel direct een nieuwe baan zouden vinden. Die weer iets beter betaalt dan de vorige. In het Verenigd Koninkrijk gingen in de eerste helft van 2022 1 op 3 werknemers op zoek naar een nieuwe baan. In Brazilië bleek zelfs de helft van de arbeidskrachten actief te shoppen naar ander werk met een hoger salaris.
Deze jaarlijkse stoelendans is een trend die The Great Resignation wordt genoemd. Ook in de bouwsector is het geen onbekend fenomeen. Maar het klinkt wel erg dramatisch, Het Grote Ontslagnemen, zeker voor de relatief stabiele arbeidsverhoudingen bij ons in de polder. Typisch zo’n modewoord om aandacht te vragen voor een verschijnsel dat al veel langer bekend is: carrièremaken door naar boven te zigzaggen langs wisselende werkgevers. Jobhoppen is van alle tijden en het komt in golven. Tijdens hoogconjunctuur, met een overspannen arbeidsmarkt, zullen meer mensen de sprong naar ander werk wagen, of voor zichzelf beginnen. Al lijkt het er wel op dat jarenlange loyaliteit voor één bedrijf steeds minder vanzelf spreekt. Zoals consumenten elk jaar makkelijker overstappen naar een andere zorgverzekeraar, energieleverancier of internetprovider. Zo zullen werknemers niet langer automatisch hun leven lang voor dezelfde baas willen werken, zoals vroeger. Die tijden zijn voorbij.
Voor individuele bedrijven is het een spannende ontwikkeling die op korte termijn de nodige onrust met zich mee kan brengen op het personele vlak. Maar op de wat langere termijn en voor de sector als geheel zie ik voornamelijk voordelen. Bouwprofessionals die uitstromen bij de één stromen in bij de ander. En zij brengen een flinke portie ervaring mee en ambitie. Een regelmatige doorstroming van arbeidskrachten kan bovendien helpen om een ander fenomeen, dat quiet quitting wordt genoemd, het hoofd te bieden. Quiet quitters zijn werknemers die hun baan niet formeel opzeggen, maar juist rustig blijven zitten waar ze zitten. Zonder ook maar één stap teveel te zetten voor de baas. En alleen nog de hoogstnoodzakelijke werkzaamheden uitvoeren. Netjes binnen de lijntjes kleuren, maar zonder enige ambitie of toewijding. Dan liever de arbeidsdynamiek van The Great Resignation in combinatie met een doordachte strategische personeelsplanning. Waarbij het krampachtige onderscheid tussen vast- en flexwerk gaandeweg nog meer kan worden losgelaten.
Liever de arbeidsdynamiek van The Great Resignation in combinatie met een doordachte strategische personeelsplanning